"Je bent toch niet meer dat watje dat je dacht dat je was." Derk Bolt blikt bij de NOS terug op zijn ontvoering, samen met cameraman Eugenio Follender door de Colombiaanse guerrillabeweging ELN. Het enige positieve: hij is zichzelf meegevallen. Maar verder was het geen pretje. Een week sjouwde hij en Follender door de jungle, onder leiding van zwaarbewapende guerilla-strijders. Hij vreesde voor zijn leven. Zou het niet door een kogel gebeuren, dan misschien door de de "helse" tocht, waaraan hij vijf gebroken ribben overhield. Hij dacht immers een watje te zijn. "Wij hadden niet, zoals de mensen in Nederland misschien, elke dag het idee dat we konden worden vrijgelaten", zegt Bolt. "Wij zaten in onzekerheid, op de vlucht voor het leger. Je denkt de hele tijd: we kunnen worden vrijgelaten, maar we kunnen ook een nekschot krijgen." "Die guerilla's vallen boeren lastig, pakken huizen af van mensen als ze daar zin in hebben, werken mee aan cocaïnehandel. Ik zie nu ook wel dat dit geen spelletje is. Mijn ontvoerders hoeven van mij niet dood, maar een flink pak slaag zou ik ze wel gunnen."