De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal met 8,5 procent gekrompen vergeleken met het kwartaal ervoor. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De krimp is ongeëvenaard, maar veel andere Europese landen doen het nog slechter.
Nog nooit sinds het begin van de metingen in 1987 noteerde het CBS zo'n grote krimp. Het vorige dieptepunt was het eerste kwartaal van 2009 toen de economie 3,6 procent kleiner werd. Meer dan de helft van de huidige krimp is het gevolg van lagere consumentenuitgaven, stelt het statistiekbureau verder.
Hoofdeconoom van het CBS Peter Hein van Mulligen noemt de krimp catastrofaal, maar in een aantal andere Europese landen tuimelt de economie nog veel harder naar beneden. Duitsland kende in het vorige kwartaal een krimp van meer dan 10 procent, in Spanje was het zelfs 18,5 procent en in het Verenigd Koninkrijk 20,4 procent. Ook gemiddeld voor de eurozone presteert Nederland beter.
Van Mulligen verklaart: "Spanje heeft een grote toeristische sector. In Duitsland met zijn grote industriesector, lagen veel fabrieken stil. Maar waarom het Verenigd Koninkrijk het zo dramatisch slechter doet vind ik lastig te zeggen.”