Na een paar kalme coronajaren slibt Nederland weer helemaal dicht. Voor veel mensen zijn de files dagelijkse kost. Sommigen zweren erbij om de snellere linkerbaan op te zoeken, maar helpt dat echt?
Het antwoord: nee, nauwelijks. "In werkelijkheid is tijdens een file de gemiddelde snelheid op de verschillende rijstroken vergelijkbaar”, zegt Victor Knoop, universitair hoofddocent bij de vakgroep Transport & Planning aan de TU Delft in de Volkskrant. “Gemiddeld wordt op de linkerrijstroken iets harder gereden, maar ook niet de hele tijd. Zelfs de snelste rijstrook gaat in perioden langzamer dan de rest.”
Het heeft dus volgens hem geen zin om steeds van rijstrook te wisselen. Volgens onderzoek win je hooguit een minuut met de 'optimale strookwisselstrategie'. In minder dan 10 procent van de tijd win je 5 minuten of meer.
RitsenWat ook veel mensen doen om file te vermijden is de ritsstrook helemaal uitrijden of pas op het laatste moment invoegen bij een wegversmalling. Persoonlijk win je daar weinig tijd mee, maar voor het collectief is het wel beter, legt Marieke Martens, hoogleraar verkeerspsychologie aan de TU Eindhoven uit. “Als er een ritsstrook ligt, is het wel slim om die te gebruiken. Dat is voor alle weggebruikers het beste. Al het asfalt benutten vergroot de doorstroming en is gunstig voor jouzelf, maar vooral voor het collectief.”
Snel optrekkenHet beste wat je kunt doen om de file eerder op te lossen is snel optrekken zodra het kan. “Automobilisten houden meestal zo’n 1,3 seconden afstand van hun voorganger", legt Knoop uit. "Zodra we vooraan in de file staan, laten we grotere gaten vallen. Dan zit er wel twee seconden tussen twee auto’s. Dat lijkt weinig: 0,7 seconden verschil, maar het telt wel op. Stel dat je een file hebt van 1.800 auto’s en iedereen 0,7 seconden eerder optrekt, dan scheelt dat voor de eerste auto maar 0,7 seconden, maar voor de laatste auto scheelt het 21 minuten.”