Als er één ding is dat veel Europeanen bindt, dan is het wel het geklaag over de euro. Nederland zou daar niet aan mee moeten doen. Peter de Waard van de Volkskrant legt in zijn column uit hoeveel profijt we hebben gehad van de Europese munt. Hij vertelt over een berekening die is gemaakt door drie economen van de Universiteit van Tilburg. Zij schreven daar deze week over in een Europa-special van het vakblad ESB. De wetenschappers becijferden dat het Nederlandse bbp 5,5 procent lager was geweest als we de gulden hadden gehouden. De economie zou 38,5 miljard euro zijn misgelopen. Dat is 2.000 euro per Nederlander. En dan gaan de economen uit van de meest conservatieve schatting. Het zou zelfs het dubbele kunnen zijn, schrijft De Waard. De wetenschappers gebruikten hetzelfde rekenmodel als de Britten toen zij de kosten en baten van deelname aan de euro afwogen. De conclusie van het onderzoek is dan ook niet dat de euro een zegen is voor alle Europese landen. Zo profiteren de Belgen met 4,25 procent groei en de Oostenrijkers met 7,18 procent flink, maar zijn de Italianen de grote verliezers. Het land heeft door de euro een extra krimp opgelopen van 5,25 procent. Na de crisis van 2008 hebben ook andere Zuid-Europese landen plus Finland meer nadeel dan voordeel ondervonden van de euro. Duitsland heeft opmerkelijk genoeg tot de crisis nauwelijks profijt gehad van de euro. Pas daarna begon de Europese munt voordeel op te leveren. Landen, waaronder Nederland, die veel voordeel hebben van de euro kenmerken zich door lage arbeidskosten vanwege een flexibele arbeidsmarkt, een lage staatsschuld en een relatief grote handel, besluit De Waard.