De Nederlandse pensioenfondsen komen er steeds beter voor te staan, waardoor pensioenverhogingen voor veel mensen weer dichterbij lijken te komen. Volgens onderzoeksbureau Aon profiteren de fondsen vooral van de oplopende rente op de financiële markten, ondanks dat er in mei wel verliezen met beleggingen werden geleden. De zogeheten beleidsdekkingsgraad, de graadmeter waarnaar wordt gekeken bij besluiten over pensioenverhogingen, steeg afgelopen maand naar gemiddeld 114 procent. In april was die verhouding tussen de hoeveelheid geld die de pensioenfondsen in kas hebben en de hoeveelheid die ze moeten uitbetalen al tot het hoogste niveau in jaren gestegen. Als de rente stijgt, hoeven pensioenfondsen minder geld in kas te houden om aan alle toekomstige verplichtingen te kunnen voldoen. Door rente over rente wordt het geld dat de fondsen in kas hebben namelijk automatisch meer waard. Daarentegen ondervinden de fondsen op de aandelenmarkten grote tegenwind door de onrust over de inflatie en de oorlog in Oekraïne. Graadmeter Het was al bekend dat de grote Nederlandse pensioenfondsen na jaren de pensioenen eindelijk weer wat hopen te kunnen verhogen. Mogelijk zal het er voor sommige fondsen nog wel om hangen waar hun dekkingsgraad precies uitkomt. Volgens de regels moet die graadmeter namelijk op een bepaald niveau uitkomen. Er ligt overigens wel een voorstel in het parlement om de grens daarvoor nog wat te verlagen. Frank Driessen, directeur van Aon Wealth, constateert dat het verhogen van de pensioenen bij veel fondsen momenteel onderwerp van gesprek is. "Na vele jaren somberheid in pensioenland en de huidige hoge inflatie, is het aanlokkelijk om nu eens een positieve boodschap te kunnen brengen. Toch adviseren wij fondsen om hier zorgvuldig naar te kijken", zegt hij. Het geld voor de pensioenverhoging zouden ze bijvoorbeeld ook achter de hand kunnen houden voor de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. Dat kan in sommige gevallen verstandig zijn.