DEN HAAG (ANP) - Mensen in Nederland zijn vorig jaar per saldo meer gaan werken. De groep mensen die meer uren is gaan werken was iets groter dan de groep die minder ging werken. Daardoor steeg het totaal aan gewerkte uren per saldo met omgerekend 17.000 voltijdsbanen, berekende het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Werklozen die aan een baan begonnen leverden veruit de grootste bijdrage.
De arbeidsmarkt in Nederland is nog altijd erg krap en door de vergrijzing van de bevolking vrezen werkgevers steeds meer schaarste op de arbeidsmarkt. Daardoor is er veel aandacht voor manieren om deeltijdwerkers meer uren te laten draaien. Het CBS deed tegen die achtergrond voor het eerst onderzoek naar de mate waarin deeltijdwerkers die meer wilden werken ook echt langere werkweken maakten.
Vorig jaar telde Nederland 528.000 deeltijders die meer wilden werken. Die groep bestond bijna voor de helft uit scholieren of studenten met een flexibele bijbaan. Van deze zogeheten onderbenutte deeltijders gingen gemiddeld 150.000 een kwartaal later inderdaad meer werken, oftewel 29 procent. Dat leverde het equivalent van 20.000 extra voltijdsbanen op.
Voltijdsbanen
Ook veel werkenden die niet per se hadden aangegeven meer te willen werken, gingen dat toch doen. In totaal gingen 802.000 mensen meer uren werken en begonnen 346.000 met een baan. Maar daartegenover stonden 313.000 personen die stopten met werken en 773.000 mensen die minder gingen werken.
Het CBS benadrukt dat de bijdrage van werkenden die meer zijn gaan werken beperkt was vergeleken met die van voormalige werklozen. Het aantal voltijdsbanen dat erbij kwam dankzij die laatste groep was vier keer zo groot als het aantal banen van werkenden die meer uren dan voorheen draaiden.