Erik Staal voormalig topman van Vestia verklaarde vanmiddag voor de parlementaire enquêtecommissie dat hij niet wist hoe de derivatenportefeuille van de woningbouwcorporatie in 2011 kon toenemen tot 21 miljard euro. ''De derivatenpakketten maken natuurlijk maar een klein deel uit van mijn werk als directeur.'' Staal beweerde dat hij ook niet elk contract dat hij tekende had gelezen. Hij had namelijk het volste vertrouwen in kasbeheerder Marcel de Vries. De laatste wordt verdacht van een miljoenenfraude. Verder houdt Staal het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) deels verantwoordelijk, want het gaf haar goedkeuring aan de contracten. Zijn salaris moet gezien worden in een ander tijdsgewricht, vindt hij van de ruim half miljoen euro die hij jaarlijks opstreek. De gouden handdruk van 3,5 miljoen was vooral een achterstallige pensioenbijdrage. Vestia had op het hoogtepunt ruim 400 derivatencontracten. Toen de rente daalde kostte het 2 miljard om de contracten af te kopen. Het bracht 's lands grootste woningcorporatie naar de rand van de afgrond. Staal is aansprakelijk gesteld voor de schade. Het parlementaire onderzoek is gestart naar aanleiding van de misstanden bij Vestia. Die zijn exemplarisch voor alles wat er mis ging bij de woningcorporaties sinds de verzelfstandiging in 1995. Risicovolle speculaties, mislukte bouwprojecten, fraude en zelfverrijking kwamen bij veel corporaties voor.