Nederlanders zijn kampioen parttimen. Er is geen land op de wereld waar zoveel in deeltijd gewerkt wordt. zocht uit waarom dat zo is. Gemiddeld werkt in de Europese Unie een op de vijf mensen parttime. In Nederland is dat ruim de helft: 76,6 procent van de
vrouwen en 26,8 procent van de mannen. De verklaring dient onder andere te worden gezocht in het feit dat relatief weinig Nederlandse mannen moesten vechten tijdens de twee wereldoorlogen. Daardoor hoefden vrouwen niet, zoals in veel andere landen, te gaan werken in de fabrieken. Daarbij zorgde de hoge welvaart ervoor dat gezinnen prima rondkwamen met één kostwinner. Wat ook een rol speelde was de invloed van christelijke waarden op de Nederlandse politiek. De vrouw hoorde voor de kinderen te zorgen. De overheid stelde allerlei voorzieningen beschikbaar om dat mogelijk te maken. Vanaf de jaren tachtig begon de regering in te zien dat het voor de economische groei gunstig zou zijn als ook vrouwen gingen werken, maar in de Nederlandse cultuur bleef het belangrijk dat er voldoende tijd was om voor de kinderen te zorgen. De Staat zorgde er daarom voor dat deeltijdbanen dezelfde wettelijke bescherming en andere voordelen kregen als voltijdsbanen. Ronald Dekker, arbeidseconoom aan de universiteit van Tilburg stelt dat deeltijd werken tegenwoordig nog steeds populair is, omdat er zoveel goedbetaalde en interessante parttime functies beschikbaar zijn. In veel andere landen zijn deeltijdbanen vaak slecht betaald en worden ze minder gewaardeerd. De keerzijde van al dat deeltijd werken is wel, dat vrouwen veel minder vaak de top halen, want dat, zo blijkt uit onderzoek, lukt toch een stuk beter met een voltijdbaan.