Een aantal coronapatiënten verloor hun reukvermogen door de besmetting. Bij bijna de helft is daar een verstoorde reuk voor in de plaats gekomen. De heerlijke geur van versgemaaid gras heeft bijvoorbeeld plaats gemaakt voor de geur van rotte eieren.
Wetenschappers vroegen zo'n 1500 mensen uit veertien landen die hun smaak en reuk verloren, hoe het elf maanden later met hun reukvermogen gesteld was. Bijna iedereen kon weer ruiken en proeven, alleen ongeveer de helft rapporteerde een vervormde reuk, schrijft de Volkskrant.
Het vervelende is bovendien dat poep niet ineens naar bloemetjes ruikt, maar dat bijna alles is gaan stinken: normaal voedsel, cosmetica, het ruikt plots naar zwavel of iets anders smerigs.
Belangrijkste verklaring is dat de verstoorde geur een teken is van herstel. Het geurcentrum heeft een tijdje niet gewerkt en moet nu weer opnieuw geuren herkennen en verbindingen leggen. Dat gaat gepaard met storingen en vervormingen. Wat ook kan is dat er dieper in de hersens ontstekingsschade is ontstaan.
Over het algemeen denken onderzoekers dat het probleem weer overgaat. Reukzinonderzoeker Sanne Boesveldt (Wageningen Universiteit) in de Volkskrant: "Ik denk wel dat het lang kan duren, en dat er altijd een klein groepje zal zijn die er zeer langdurig last van blijft houden."
Bron(nen): De Volkskrant