Luchtvervuiling blijkt steeds meer een onderschat probleem te zijn voor de volksgezondheid. Het speelt niet alleen in Chinese miljoenensteden waar altijd een dikke deken van smog over heen ligt, ook in het dichtbevolkte Europa gaan heel wat mensen dood door de vieze lucht die auto's en fabrieken uitstoten. Het Europees Milieuagentschap (EEA) heeft gisteren een uitgebracht waarin het opnieuw waarschuwt dat op veel plekken de luchtverontreiniging nog altijd boven de grenswaarden ligt van de Europese Unie. Volgens de EEA zijn auto's het meest schadelijk. "Luchtverontreiniging is een onzichtbare killer, en we moeten meer doen om de oorzaken aan te pakken. Wat luchtvervuiling betreft, zijn de emissies van het wegvervoer vaak schadelijker dan die van andere bronnen, aangezien deze dicht bij de mens plaatsvinden: op grondhoogte en in de steden," klinkt het. Het rapport bevat de meest recente gegevens van de 2.500 meetstations die actief zijn in Europa. De onderzoekers schatten dat de concentraties van PM (de kleinste en meest schadelijke vorm van fijnstof) in 2015 verantwoordelijk waren voor zo’n 422.000 vroegtijdige sterfgevallen. Dat is heel veel, maar ten opzichte van 1990 is dat aantal fors gedaald. Waar de meeste mensen overlijden aan luchtvervuiling? In absolute zin is dat in Duitsland, maar daar wonen ook de meeste mensen. Relatief gezien is de situatie het slechtst in Bulgarije. Ook in Hongarije en Roemenië is de lucht relatief smerig. In Nederland overleden in 2015 zo'n 9.800 mensen door vieze lucht. Dat komt neer op 0,06 procent. Dat is een keurige score, vergelijkbaar met landen als Engeland, Frankrijk en Spanje.