Voorzitter Actiz: "Zorg zoals we die gewend waren, kunnen we niet meer blijven leveren"

Ziekte, Gezondheid, gezondheidszorg
zondag, 31 maart 2024 om 11:17
bijgewerkt om zondag, 31 maart 2024 om 12:50
anp 466698739
Er komen steeds meer ouderen, terwijl er veel te weinig plaats is in verpleeghuizen. Op dit moment staan er 20.000 mensen op de wachtlijst voor een plekje. Voormalig vakbondsvrouw Anneke Westerlaken (41), voorzitter van brancheorganisatie Actiz, waarschuwt in De Telegraaf dat het de verkeerde kant op gaat.
"Het is een feit dat we de zorg zoals we die gewend waren, niet meer kunnen blijven leveren. Er komen steeds meer ouderen bij terwijl het aantal mensen dat in de ouderenzorg werkt niet toeneemt. Het betekent dat er keuzes gemaakt moeten worden. Het recht op zorg moet beperkt worden om zorg voor de meest kwetsbaren in de lucht te houden. En dat is natuurlijk geen leuke boodschap. Maar zoals het nu gaat is het ook niet eerlijk: we geven mensen een indicatie voor een verpleeghuis, maar tegelijkertijd zegt het kabinet ’er mogen geen verpleeghuisplekken meer bij’. Dus je geeft iemand het recht op een plek die hij niet kan verzilveren. Daar moeten we vanaf. De politiek moet eerlijk zijn en zeggen: ’dit kunnen we niet meer waarmaken’.”
Meer mantelzorg
Ze pleit voor een terugkeer van de bejaardenhuizen. "Je kunt niet terug in de tijd. Maar er moeten zeker nieuwe woonvormen komen voor de fase tussen het zelfstandig thuis wonen en het verpleeghuis. In een verpleeghuis kom je écht pas als je veel zorg nodig hebt. Fitte, sjoelende ouderen, zie je daar niet. Wil je die nieuwe woonvormen een bejaardenhuis noemen, prima, geef het een naam. Maar er moet vooral haast mee gemaakt worden.”
Tot slot benadrukt ze dat ook de zorg voor elkaar belangrijk is. "Ik weet dat mantelzorg heel zwaar kan zijn. Daarom is het belangrijk dat we nadenken over hoe werk en zorg beter gecombineerd kunnen worden. Bijvoorbeeld door betere mantelzorgregelingen. Daar dringen wij al een tijd op aan. Daar komt bij dat we wat meer naar elkaar om moeten kijken. Even een boodschapje of klusje doen voor de buurvrouw verderop, of een wandelingetje of praatje met een buurtgenoot. Dat is ook heel hard nodig en nuttig.”