De een vond het wel lekker rustig tijdens de lockdowns, de ander snakte naar een beetje vertier. De coronacrisis was duidelijk niet de tijd van de extravert, maar is de introvert alleen tijdens een pandemie gelukkiger of eigenlijk altijd? Gelukspsycholoog Josje Smeets
legt in Metro uit hoe het zit.
Eerst even het verschil: extraverte mensen hebben meer prikkels nodig om genoeg dopamine (het gelukshormoon) aan te maken. Waar bij een introvert persoon al genoeg dopamine vrijkomt bij rustige activiteiten, moet de extravert het buitenshuis zoeken, in contact met andere mensen.
Introverte mensen lijken dus op het eerste gezicht gelukkiger, maar dat is niet het hele verhaal. Onze maatschappij is meer ingesteld op extraverte mensen waardoor introverten zich snel overprikkeld voelen.
Daarnaast zoeken extraverten gemakkelijker het contact met andere mensen op. En van sociaal contact is bewezen dat het goed is voor geluk en gezondheid. Bovendien staan extraverten vaak wat optimistischer in het leven en zijn introverten wat angstiger. Daar staat weer tegenover dat introverten wat realistischer zijn en sneller tevreden.
Beide persoonlijkheidstypen hebben dus hun voordelen. Het belangrijkste is dat we begrip en respect hebben voor elkaar en de ander niet opleggen wat hem volgens jou gelukkig maakt.