Tinder is een aapje dat vrouwen die een date zoeken met een leuke man (en andersom) helpt. Je vindt date-kandidaten die in de buurt zijn en je kan filteren op belangstelling, baan, etc. Tender is een groot succes. Veel vooral jongeren brengen de avond (en de nacht) door met iemand die ze vonden met tinder. T
he Economist vergelijkt Tinder met de mechaniek van het bijeenbrengen van vraag en aanbod in het algemeen. De liefdes markt is niet principieel anders dan de appelmarkt. Door de mogelijkheden die tender biedt om te filteren kom je als gebruiker vooral in aanraking met mensen die op je lijken. Wat belangstelling en opleiding betreft, maar daardoor ook wat maatschappelijke kansen en (toekomstig) inkomen betreft. Korter: de
rijken zoeken en vinden (potentiële) rijken en de armen armen. Volgens de Economist draagt die trend (we trouwen niet met de leuke partner uit het dorp, maar met ons evenbeeld uit de stad) danig bij aan de inkomensongelijkheid. 18 procent van de groeiende kloof tussen armen en rijken in de VS is volgens onderzoek toe te schrijven aan dat mechanisme. En Tinder heeft die tendens krachtig versterkt. Misschien iets voor een nieuwe druk van het boek van Pikketty