Het onderwijs, ons arbeidzaam leven en psychotherapie zijn louter erop gericht ons in de richting van sociale aanpassing te kneden. Disciplinering. Drillen in een systeem. Africhten. Vanaf de geboorte, via school en ons werk worden we tot onze laatste dagen in het verzorgingstehuis getraind om te functioneren op een manier die sociaal aanvaardbaar is. Hoe worden afwijkingen ten aanzien van het systeem echter gedefinieerd? Om hierop te kunnen antwoorden is een wetenschappelijke methode ontwikkeld die erop berust dat alle resultaten generaliseerbaar moeten zijn: een vaste methodologie in het onderwijs en in de wetenschap moet in staat zijn tot uitkomsten te komen die onafhankelijk van de context bestaan. Overal en altijd geldig. We moeten allemaal op elkaar lijken. Inwisselbare poppetjes. Klonen. De maakbare samenleving en de maakbare mens hebben ertoe geleid dat er vandaag dubbel zo veel depressies zijn dan een aantal decennia geleden. Psychologische en sociale problemen staan dan ook in rechtstreeks verband met het hedendaagse sociaal-economische bestel. De relatie tussen de huidige maatschappelijke organisatie en mentale stoornissen lijkt te worden gevormd door het feit dat we in een onstabiele omgeving verkeren. Alles kan en alles mag. Vandaag bestaat geen autonoom individu meer. Het individu is gereduceerd tot producent en consument. Hij leeft in de illusie dat hij uniek is en zelf keuzes kan maken, maar tegelijkertijd krijgen we van de wieg tot het graf dezelfde patronen opgelegd waarmee elke vorm van individuele autonomie de keel wordt dichtgeknepen. Het onderwijs maakt ons klaar voor de markteconomie, die vervolgens ons dagelijks leven volkomen domineert en beheerst via subtiele reclametechnieken. Weg individuele autonomie. Gedwongen tot kiezen. Hoe gaan we om met het feit dat niet op alle levensvragen een antwoord voorhanden is? Door ons te verliezen in grenzeloos genot. Het bedrijfsleven helpt een handje mee. Reclame. Dit oneindige plezier is echter funest voor duurzame relaties, omdat morele autoriteiten zijn weggevaagd en permanente controle en metingen nodig blijken te zijn om het individu in toom te houden. Maatschappelijk succes is momenteel maatstaf voor geestelijk welbevinden, falen is dan automatisch het symptoom van een gestoorde persoonlijkheid. Het huidige economische model heeft een doorgedreven individualisme tot gevolg gehad en zal moeten overgaan in een samenleving waarin balans bestaat tussen gemeenschapszin en individuele autonomie. Hoe kunnen we dit aanpakken? Het verbindende element tussen de maatschappij en het individu is de zorg voor zichzelf:
epimeleia. Dit betekent dat we moeten proberen om het eigen leven zorgvuldig te laten aansluiten op het belang van de samenleving. Gemeenschap. Juist het gebrek aan zekerheid en het tekort aan antwoorden op fundamentele levensvragen is de bron van menselijke creativiteit en leidt ons naar een hoger doel, namelijk dat we ons ervan bewust moeten zijn dat mensen met elkaar zijn verbonden in een gemeenschap waarin we leren omgaan met onzekerheden. Vanaf dan ontvouwt zich het verantwoordelijkheidprincipe als verbindend element tussen autonomie en solidariteit. Zeker in een pluralistisch georiënteerde samenleving is deze evenwichtsoefening over het slappe koord van het menselijke bestaan onontbeerlijk. Het is hoog tijd dat de politiek gaat beseffen dat de samenleving niet zonder het individu kan en het individu niet zonder de samenleving. Een rechtvaardige maatschappij kan nu eenmaal niet louter op cijfers van het sociaal-economische bestel worden gebouwd, de innerlijkheid van het individu zal serieus moeten worden genomen om de vandaag de dag massaal aanwezige psychologische en sociale problemen te kunnen aanpakken.
Boeken van Etienne Kuypers www.etiennekuypers.com Speakers academy Etienne Kuypers