Jorien de Lege, campagneleider van
Greenpeace, voldoet aan het grote vooroordeel over vrouwen en auto's: Ze herinnert zich vooral de kleur. Maar voor electrische auto's is ze dolenthousiast. De Lege: "Als u een vrouw tegenkomt die niet uitgepraat raakt over laadpalen, accuperformance en de nieuwste elektrische modellen, dikke kans dat ik dat ben." Deze column verschijnt ook op
Energiepodium.nl “Elektrisch rijden is voor mij de ultieme ecoluxe” Als het om auto's gaat, ben ik het stereotype vrouw. Het enige dat me bijblijft van een auto is de kleur. Parkeren vind ik een drama en ik heb een onverklaarbare aversie tegen tanken. Mijn vehikel staat over het algemeen liefdeloos stof te vergaren in de garage. Ik pak liever de fiets. Toch gaat de autoliefhebberij niet geheel aan me voorbij. Kijkt de gemiddelde autofreak verliefd naar een oldtimer, mijn hart maakt een sprongetje bij het zien van de Nissan Leaf. Ik registreer elke Prius in mijn omgeving en gluur waar ik kan naar binnen bij de elektrische Smarts van Car2Go. Elektrisch rijden, het is voor mij de ultieme ecoluxe. Onlangs had ik het genoegen om in een
elektrische auto te rijden. Autorijden wordt een geheel andere ervaring: geen gillende motoren bij het starten, slechts een druk op de knop en een zachte 'ping' meldt dat je klaar bent voor vertrek. De auto heeft onmiddellijk vol vermogen en trekt op als een zonnetje. Voor fietsers en andere weggebruikers wordt er een geluidje geproduceerd om te laten weten dat je eraan komt, maar in de auto is het sereen stil. Alsof je je tussen de boodschappen en thuis even in een spa bevindt. Olie als transportbrandstof is als het afbreken van je huis om de gevel te kunnen bouwen. Er zit iets ongerijmds in om tot de verste uithoeken van de aarde op zoek te gaan naar olie, om vervolgens een flink deel van de opbrengst weer te moeten gebruiken om die olie omhoog te halen, te bewerken en naar benzinepompen te transporteren. Het hele proces is inefficiënt, vervuilend en geeft lieden die toevallig bovenop een voorraadje wonen een griezelige machtspositie. We betalen ons blauw om het kaartenhuis in stand te houden en nemen op de koop toe dat gevaarlijke klimaatverandering onze hele samenleving bedreigt. Allemaal zodat wij op zondag naar oma kunnen, of naar ons werk. Elektrisch vervoer zit een stuk logischer in elkaar. Elektriciteit kun je immers overal opwekken, wat de aanvoerlijnen een stuk korter maakt. Auto's staan vaker geparkeerd dan dat ze daadwerkelijk rijden: mooie gelegenheid om de accu weer op te laden met schone (lokale!) stroom. Op momenten dat er veel stroom wordt opgewekt, kan de elektrische auto zelfs als batterij fungeren om het surplus op te slaan. En er zijn meer voordelen. Geen uitlaatgassen, geen smog en geen herrie op straat. Geen met olie besmeurde Noordpool of schrijnende toestanden in ontwikkelingslanden. En geen transport meer om de transportbrandstof naar ons toe te transporteren. Zo bezien is elektrisch rijden zelfs een manier om files te bestrijden. Beschrijf ik nu een utopie? Nee. Maar wel een proces waar je de tijd voor moet nemen. Op dit moment rijden er 4.039 elektrische auto's rond in Nederland. Niet veel, als je bedenkt dat men in 2020 ruim vijftig keer zoveel elektrische wagens op de weg wil hebben. Wel veel, als je bedenkt dat je voor elektrisch rijden nogal wat moeite moet doen. Een tweedehandsje kopen is er nog niet bij, de aanschaf is een flinke investering. Daar komt bij dat de onontbeerlijke laadpalen nog schaars zijn en verre bestemmingen vaak alsnog per ouderwetse olieslurper moeten worden bereikt. Het kost echt nog wel wat jaartjes en flink wat pionierswerk om het systeem op de juiste manier op te bouwen. Toch weet ik zeker dat de elektrowagen het gaat maken, te beginnen met de personenauto. In 2000 werd de hybride nog smalend naar de categorie mislukkingen verwezen, tien jaar later heeft alleen al Toyota 4 miljoen Priussen verkocht. Nederland telt bijna 60.000 hybrides. Elk zichzelf respecterend automerk ontwikkelt nu een hybride of een volledig elektrisch model. Wie mij een jaar geleden had gezegd dat we ooit op elektriciteit zouden gaan vliegen, had ik voor gek verklaard. En toch vond onlangs de eerste intercontinentale vlucht op zonne-energie plaats. Ik kan niet wachten tot de smog optrekt en ik in plaats van benzine, zon en wind kan gaan tanken. Dus als u over een paar jaar een vrouw tegenkomt die niet uitgepraat raakt over laadpalen, accuperformance en de nieuwste elektrische modellen, dikke kans dat ik dat ben. En dat die glimmend gepoetste auto met dito stekker erin van mij is. Jorien de Lege is campagneleider klimaat en energie bij Greenpeace en gespecialiseerd in het thema kernenergie. Zij vervangt in de zomer van 2012 haar collega Hans Altevogt.