Het vliegende monster leefde in het krijt in China. Er is vooral veel te doen om zijn staart, die veren heeft van wel dertig centimeter lang. De lange staart diende waarschijnlijk om het dalen af te remmen en rustig te kunnen landen. Omdat het dier zo groot was, moest ook de staart lang zijn. Anders zou hij er onvoldoende controle mee kunnen uitoefenen. De vondst van het fossiel biedt mogelijk nieuwe aanwijzingen voor het ontstaan van
vliegen en de transitie van dinosaurus naar vogel. Waarschijnlijk is niet, zoals lang gedacht het viervleugelige dier een tussenstap naar dieren met twee vleugels, maar zijn de viervleugeligen een evolutionaire aftakking. Mogelijk is het vliegen vele malen door verschillende geveerde soorten ontwikkeld.
Hij is 1,32 meter lang van snavel tot staart: de Changyuraptor yangi. Daarmee is het de grootste viervleugelige dinosaurus die tot nu toe is gevonden. Hij heeft voor- en achtervleugels en een extreem lange staart.