De provincie Zuid-Holland maakt zich na een recente reeks rechterlijke uitspraken over stikstof zorgen om de Nederlandse economie en de verduurzaming van de industrie. "Het is alarmfase 1 voor stikstof", aldus gedeputeerde Berend Potjer. "Het stikstofvraagstuk heeft enorme impact op de natuur, inwoners, bedrijven en het vestigingsklimaat." De overheid moet met ingrijpende maatregelen komen om eind 2030 te voldoen aan de wettelijk vastgelegde regels voor de bescherming van natuur.
Zuid-Holland, met 3,8 miljoen inwoners de meest bevolkte provincie, heeft met name langs de kust en de Zuid-Hollandse eilanden stikstofgevoelige natuur. Het college van Gedeputeerde Staten wil van het Rijk "passende maatregelen" en "voldoende financiële middelen" om de natuur te herstellen, maar tegelijk ook om de economie draaiende te houden.
"We vragen een geborgd herstelplan dat de investeringsbereidheid in de haven en de industrie op peil houdt en verbetert", zegt gedeputeerde Arne Weverling. "Projecten die we in de haven willen realiseren, kunnen nu niet doorgaan. Dat kan nooit de bedoeling zijn." Weverling noemt als voorbeelden plannen voor CO2-reductie en verduurzaming.
"Zuid-Holland is de economische motor van Nederland, ruim een vijfde van de Nederlandse boterham wordt hier verdiend", aldus Potjer. "Als Zuid-Holland stilstaat, staat heel het land stil. Positief geformuleerd liggen in deze provincie ook de grootste kansen. Maar er is stikstofreductie en natuurherstel nodig voor het tegengaan van de impasse bij vergunningverlening, die zowel economische groei als verduurzaming van de industrie mogelijk moet maken."