De waterschappen verwachten dit jaar 4,3 miljard euro te heffen, dat is ruim 300 miljoen euro meer dan in 2024, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Deze belasting komt voor het grootste deel op het bordje van huishoudens terecht, maar de hoogte van de heffing verschilt volgens het CBS sterk per regio.
Naast het verschil in de tarieven van een waterschap hangt de hoogte van de belasting af van de WOZ-waarde van een woning en het aantal bewoners. Als de gemiddelde landelijke WOZ-waarde genomen wordt, dan komt een meerpersoonshuishouden met een koopwoning in het waterschap Wetterskip Fryslân met 679 euro per jaar op de hoogste heffing uit. In waterschap De Dommel in Noord-Brabant betaalt eenzelfde huishouden het laagste bedrag, namelijk 370 euro. Bij eenpersoonshuishoudens gaat het om respectievelijk 474 en 206 euro aan waterschapsbelasting.
Ook boeren betalen flink waterschapsbelasting, waarbij onder meer de WOZ-waarde van stallen en andere gebouwen op het erf en het aantal hectare grond de hoogte van de heffing bepalen. Een boerenbedrijf met bijvoorbeeld opstallen ter waarde van 550.000 euro en 50 hectare grond betaalt in het waterschap Hoogheemraadschap van Delfland met 10.375 euro per jaar bijna drie keer meer dan eenzelfde boerderij in het waterschap Vallei en Veluwe.
De waterschappen gebruiken het geld uit de belastingen voor afvalwaterzuivering en beheer van oppervlaktewater, bijvoorbeeld door dijken aan te leggen. In vergelijking met vijf jaar terug is de waterschapsbelasting met 41 procent toegenomen.