Het plastic in de oceanen bedreigt niet alleen kleine vissen en zeevogels, maar vormt zelfs een gevaar voor de grootste zeedieren, zoals walvissen, reuzenmanta's en haaien, waarschuwen wetenschappers. Deze grote vissen krijgen dagelijks miljoenen liters water binnen, waaruit ze plankton filteren. Behalve door het vervuilde water krijgen ze het plastic ook binnen via hun prooien die al veel microplastics in hun maag hebben. Dat schrijven wetenschappers in vakblad Trends in Ecology&Evolution. Ze stellen dat de microplastics invloed hebben op de groei, ontwikkeling en voortplanting van de dieren en mogelijk leiden tot een verminderde vruchtbaarheid. Het is al langer duidelijk dat het plastic in de oceanen schadelijk is voor kleinere vissen en zeevogels, maar er is nog relatief weinig bekend over de invloed van de vervuiling op de grootste zeedieren. Walvissen en haaien lopen extra risico doordat ze vooral leven in gebieden waar veel plastic in het water zit, zoals de Golf van Mexico, de Golf van Bengalen en de Koraaldriehoek in de Stille Oceaan. Microplastics zijn deeltjes van minder dan vijf millimeter. Ze zijn zeer schadelijk voor zeedieren, omdat ze gemakkelijk worden ingeslikt. Het is echter lastig vast te stellen hoe groot het gevaar is voor grote soorten, als walvissen en haaien, omdat dit veelal bedreigde diersoorten zijn. Dat maakt een maaganalyse lastig, maar uit andere onderzoeksmethoden blijkt dat ook deze dieren mogelijk schade oplopen door microplastics.