Het zal (waarschijnlijk) de toespraak zijn waarmee Mark Rutte de Nederlandse geschiedenis in gaat. En die in ieder geval voor nu de crisis definieert en zijn rol daarin.
Rutte is allereerst empathisch. Hij begint zijn verhaal bij de zorgen en angsten van de mensen tegen wie hij spreekt.
Meteen daarna erkent hij dat we met vragen zitten. Dat we onzeker zijn. Hij geeft lang niet alle antwoorden op de vragen, maar laat je achter met het gevoel dat hij je begrijpt. Of je nou de mevrouw bent van het koffietentje op de hoek of de CEO van KLM. Hij begrijpt al onze zorgen.
Maar bovenal is de toespraak eerlijk. Rutte erkent dat hij ook niet alles weet. Dat hij goeddeels vaart op het kompas van deskundigen. Maar dat wel duidelijk is dat de komende tijd niet fijn wordt. Hij maakt het niet mooier dan het is en doet ook geen poging te schetsen dat hij het antwoord heeft op al onze vragen.
Hij legt uit wat er vermoedelijk de komende maanden gaat gebeuren.
En dan besluit hij zoals een Nederlandse 'leider' hoort te besluiten: We gaan het samen doen. Hij niet, jij niet, wij.
Een half uur later sprak Emmanuel Macron het Franse volk toe. En vanaf het begin (het volkslied) tot het einde (vertrouw op mij, Le President) was dat een andere toespraak van een totaal ander mens, tegen een ander volk.
Rutte maakt zich niet groter dan nodig, hij maakt zijn gehoor, ons, groter.
Ik wil eindigen met deze oproep: bij alle onzekerheden die er zijn, is één ding volstrekt duidelijk: de opgave waar we voor staan is heel groot en we moeten dit echt met 17 miljoen mensen doen.
Samen komen we deze moeilijke periode te boven.
Let een beetje op elkaar.
Ik reken op u.