Volgens Le Monde staat er deze weken meer op het spel dan alleen het lot van de Oekraïne of de Krim. De Russische reactie op de aantasting van Russische rechten door de nieuwe interim regering in Kiev doet volgens de krant denken aan de inval in Praag in 1968. Ook toen stond niet alleen de ongehoorzaamheid van Praag aan de wieg van het Russisch ingrijpen, maar ook en vooral de angst dat het democratiseringsvirus dat in Praag de kop had opgestoken zou overslaan naar andere landen die onder de invloed van Moskou stonden. Een soortgelijke vrees is er nu: met de opstand in Kiev komt het gevaarlijke verschijnsel van volksmacht wel erg dicht bij Moskou. Het zou aanstekelijk kunnen werken op andere landen en op termijn zelfs de Russische bevolking kunnen aansteken. Maar Poetin schept, zo valt te vrezen, ook een ander precedent. Hij zegt geen keus te hebben dan ingrijpen vanwege de belangen van de Russen of Russisch sprekende bevolking van de Oekraïne. Er zijn ook andere landen ronde Rusland, delen van de oude Sovjet Unie, waar Russische minderheden wonen. Het meest sprekende voorbeeld vormen de Baltische Staten, waar grote minderheden van Russen wonen, die zich, terecht of niet, tweederangs burgers vormen. Dat alles weegt mee deze dagen. En het westen heeft, net als destijds in Praag, weinig opties dan protesteren en zich neerleggen bij de voldongen feiten van Poetin
Bron(nen): Le Monde