De Amerikaanse veiligheidsdiensten NSA en FBI verzamelen op grote schaal privé-gegevens van klanten van grote internetbedrijven. Ze halen audio- en videogesprekken, foto's, e-mails, documenten en contactgegevens op zodat analisten de gangen en contacten van mensen in kaart kunnen brengen. Het is nog niet helemaal duidelijk of dat buiten de bedrijven als Google en Facebook omgaat. Onder de betrokken bedrijven zijn Microsoft, Yahoo, Google, Facebook, PalTalk, AOL, Skype, YouTube en Apple. Bedoeling is potentiële terroristen ook buiten de VS in een vroeg stadium te betrappen. Als je op Google zoekt naar de beste manier om een bom te maken, dan ziet de FBI dat en kan je in de gaten gaan houden. Maar uit een oogpunt van privacy is het uiteraard zeer dubieus dat heel gewone burgers, die heel gewone dingen doen op Facebook of Skype in het oog worden gehouden. De onthulling komt minder dan 24 uur na een primeur van de Guardian: miljoenen abonnees van telefoonnetwerk Verizon worden ook door de Amerikaanse spionagediensten in het oog gehouden. En die onthulling volgde weer na een ontdekking een paar weken eerder: de Amerikaanse overheid bespioneert het telefonisch doen en laten van journalisten van AP. Het imago van Barack Obama heeft door al deze affaires onherstelbare schade opgelopen. Hij zou graag de geschiedenis zijn ingegaan als een president die leek op Kennedy. Maar langzaam aan doemt het beeld op van die andere president die alles wilde weten, ook als dat tegen de wet was: Richard Nixon
