Waarom werd in 2012 de maximumsnelheid op veel snelwegen verhoogd naar 130 km/u? Zodat we sneller aan zouden komen op onze bestemming. Dachten we. In werkelijkheid is de reistijd alleen maar langer geworden. Dat blijkt uit een analyse van de Algemene Rekenkamer op basis van data van Rijkswaterstaat. De onderzoekers vergeleken de verwachte reistijd van honderden trajecten in 2010 en 2017. In theorie zou de reistijd met 8 procent kunnen afnemen met de hogere maximumsnelheid. In de praktijk komt daar niets van terecht. Waar de maximumsnelheid is verhoogd van 120 naar 130 km/u is de reistijd in 64 procent van de gevallen langer geworden. Voor de trajecten waar de snelheid omhoog ging van 100 naar 130 km/u is het effect nog dramatischer: in 88 procent van de gevallen duurt het ritje nu langer. Gemiddeld nam de reistijd met 0,78 procent toe. Er is niet gecorrigeerd voor de toename van het aantal auto's. RTL Z keek daarom ook naar trajecten waar de snelheid hetzelfde bleef tussen 2010 en 2017. Ondanks de toename van het wegverkeer daalde de gemiddelde reistijd op deze wegen met 0,46 procent. Het verhogen van de maximumsnelheid naar 130 kilometer per uur heeft dus wel degelijk een licht vertragend effect. Minister Cora van Nieuwenhuizen van verkeer laat in een reactie al weten dat het verwachte effect rond de 1 procent tijdswinst lag. Verwaarloosbaar dus. Dat wist het ministerie al van tevoren. Maar de politieke achterban wilde zo graag 130 rijden. Dan neem je de extra ongelukken en milieuschade op de koop toe.