Meisjes zijn ijveriger, doen beter hun huiswerk, letten beter op en halen betere cijfers. De meerderheid van afgestudeerden aan de universiteit bestaat uit meisjes. Dat is in veel westerse landen intussen zo. Maar daarna zijn de betere banen voor mannen. Hoe kan dat? Natuurlijk zijn er old boys netwerken en glazenplafonds, maar er is ook iets anders, zegt een Amerikaans onderzoek: zelfvertrouwen. Volgens dat onderzoek barsten veel mannen daarvan. Ze dringen zich op voor posities waarvoor ze niet de bekwaamheden of ervaring voor hebben. Vrouwen zitten (gemiddeld) anders in elkaar. Die twijfelen veel meer aan zichzelf. Kan ik dit echt? Ben ik wel geschikt? Is er geen betere kandidaat? Om diezelfde reden zijn er in de media zoveel pratende mannen. Vrouwen twijfelen vaker of ze voldoende te zeggen hebben. Veel mannen houdt dat niet bezig. Het Amerikaanse onderzoek - waar de uitgebreid over schrijft - vraagt zich af of het mede aan scholen ligt: die leveren jongens af vol vertrouwen en met matige cijfers, en meisjes die heel veel kunnen, maar dat zelf niet geloven. Scholen werken aan kennis en vaardigheden, amper aan zelfvertrouwen Misschien zit daar de oplossing voor het probleem