DEN HAAG (ANP) - Fleur Agema zal het als minister van Volksgezondheid straks niet hebben over de-islamisering in de gezondheidszorg. Als Tweede Kamerlid voor de PVV sprak ze zich eerder wel uit voor het terugdringen van islamitische zorgmedewerkers en stelde ze er een motie over op.
DENK vroeg haar tijdens de hoorzitting in de Tweede Kamer om hiervan afstand te nemen. Agema deed dat niet, maar zegde wel toe dat ze zich niet zal bezighouden met de-islamisering. "Ik heb veel grotere problemen aan mijn fiets hangen dan dit", zei ze.
Zorgen heeft ze wel als medewerkers met een niet-westerse achtergrond niet alle zorg willen verlenen die nodig is, bijvoorbeeld als ze iemand niet willen wassen. Volgens Agema speelt dit probleem wel hier en daar. Het werk moet in haar ogen goed verdeeld worden, maar ze wijst daarbij naar zorgaanbieders die dit op de werkvloer moeten oplossen.
Vrijheid van godsdienst
Ze ziet arbeidsmigratie niet als de oplossing voor het personeelstekort in de zorg. Wat haar betreft kan Nederland ook niet heel veel migratie meer aan. Maar als het wel legaal en goed kan, dan is ze "dankbaar" voor iedere hand aan het bed.
Als het gaat om de-islamisering in de maatschappij, waar de PVV altijd voor pleit, stelt Agema vast dat je in Nederland "een diversiteit aan meningen mag hebben". In de basislijn voor de rechtstaat is afgesproken dat "alle godsdiensten in Nederland" onder de vrijheid van godsdienst vallen. In de verklaring staat ook dat iedereen kritiek mag hebben op een religie en zij dus ook, benadrukte Agema. Dat botst volgens haar niet met haar geloofwaardigheid die ze als zorgminister en vicepremier moet hebben, antwoordde ze op opmerkingen van de Partij voor de Dieren. Tegelijk zei ze zich sterk te maken voor iedereen in Nederland die zorg nodig heeft.