In de bijna vier jaar oude Syrische burgeroorlog zijn ten minste 220.000 mensen om het leven gekomen. Deze schatting gaven de waarnemers van het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten (SOHR) donderdag.
Sinds de oorlog in 2011 uitbrak, zijn er volgens hen meer dan 67.000 burgers, 68.000 rebellen of jihadisten en 81.000 leden van het regeringsleger of van regeringsgetrouwe milities omgekomen. Onder de doden aan de kant van de tegenstanders van de regering van president Bashar al-Assad zijn naar schatting 28.000 jihadisten uit tal van
landen.
Het aantal mensen dat is ontvoerd of opgepakt en verdwenen of vermoord, is niet meegerekend. Het gaat om naar schatting 29.000 slachtoffers. Het regime zou 20.000 mensen hebben ontvoerd, de jihadisten circa 9000.
Het SOHR werd in 2006 in het Engelse Coventry opgericht door een Syrische vluchteling, Rami Abdulrahman. Hij begon met telefonische contacten het politieke geweld in
kaart te brengen. De schattingen van het SOHR worden wereldwijd geciteerd.