De aanslag in Parijs is een nieuw soort
oorlog, schrijft . En de ene partij begrijpt dat nog niet helemaal. De aanslagen in Parijs en eerder in Londen, Madrid en New York zijn volgens de daders een oorlogshandeling in een mondiaal conflict en volgens de slachtoffers een criminele daad in volle vredestijd. Daardoor ziet de ene partij het als rechtvaardigheid en is de andere alleen maar verbijsterd. Beide zien niet dezelfde werkelijkheid. In de westerse wereld is het al 70 jaar vrede. In die tijd is de klassieke strijd tussen de legers van twee of meer staten, die zich min of meer aan het oorlogsrecht houden, veranderd in een onduidelijke oorlog tegen een terreurgroep die de ene keer Al-Qaida heet en dan weer IS. Deze groepen vertegenwoordigen geen echte staat, hooguit een die alleen zij zelf erkennen, hebben geen normaal leger en schenden het oorlogsrecht op alle mogelijke manieren: de gruwelijke executiemethoden en de slachtoffering van burgers zijn daar voorbeelden van. ''De vaststelling in sommige media dat het nu, na 'Parijs', echt oorlog is, komt dan ook veel te laat. Die oorlog was er al lang. Hij was alleen zo weinig klassiek dat hij maar zelden zo werd genoemd'', aldus
Trouw.