Nietsvermoedend brachten de eigenaren hun
ring naar veilinghuis Sotheby's in Londen. Daar bleek hun sieraad, ooit op een rommelmarkt aangeschaft voor een kleine twaalf euro, meer dan 400.000 euro waard. Lange tijd dachten de bezitters dat de gigantische steen nep was, omdat negentiende eeuwse diamanten zo werden geslepen dat ze veel minder glansden dan de hedendaagse stenen. Hoofd van de Londense juwelenafdeling van Sotheby's, Jessica Wyndham, vertelt: "Al die tijd droegen ze de ring gewoon in het dagelijks leven. Ze hadden geen idee van de waarde." Pas toen een juwelier onlangs zei dat de steen mogelijk meer waard was, kwamen ze naar het veilinghuis toe. "We zeiden direct: we denken dat dit een diamant is en willen hem laten testen bij het Gemological Institute of America." Ze voegt eraan toe: "De meesten van ons kunnen alleen maar dromen van zo'n grote diamant." De eigenaren, die anoniem willen blijven, zijn dan ook "enorm blij." Wyndham: "Dat zou iedereen zijn. Het is een geldbedrag dat je leven verandert." "Vroeger werkten slijpers meer met de natuurlijke vorm van het kristal om het gewicht te behouden in plaats van om het te laten schitteren," vervolgt ze. "De diamantslijper gaat er nu voor zorgen dat de 26 karaats diamant weer zoveel mogelijk gaat glanzen."