Om te bezuinigen op de gezondheidszorg stimuleert de overheid
mantelzorg. De verwachtingen op dit gebied zijn echter veel te hoog gespannen. In veel gevallen zijn de familiebanden niet hecht genoeg. Dat blijkt uit een sociologisch onderzoek, de Netherlands Kinship Panel Study genaamd, onder ongeveer 8.000 mensen. Ouders, kinderen, broers en zussen werden tussen 2002 en 2014 herhaaldelijk gevraagd hoe hun onderlinge contacten waren. Ongeveer 4 van de 10 volwassen kinderen bleken geen goede relatie te hebben met hun ouders. Tussen volwassen broers en zussen is de relatie nog vaker problematisch. Slechts in 2 van de 3 gevallen is deze harmonieus. In de loop van de tijd komt daar weinig verandering in. ‘Familiebanden lijken in beton gegoten’, zegt onderzoeker Martijn van Hogerbrugge. Slechts bij 10% van de mensen trad er in de loop van 10 jaar een verbetering op in de kwaliteit van de relaties tussen volwassen kinderen en hun ouders. Vaak is dat het gevolg van een verhuizing, een huwelijk of de geboorte van een kleinkind. Het is een illusie dat de band tussen kinderen en ouders en tussen broers en zussen beter zal worden als familieleden hulpbehoevend worden. Mantelzorg is eerder een nieuwe bron van conflicten. De resultaten van het onderzoek werden gepubliceerd in , het blad van het Nederlandse Interdisciplinair Demografisch Instituut (NIDI).