Europese en Amerikaanse wetenschappers hebben na honderd jaar waarschijnlijk eindelijk het bewijs gevonden waarnaar ze al die tijd op zoek waren. Donderdag komt er nieuws over het bestaan van zogeheten zwaartekrachtgolven. Die zijn het ontbrekende puzzelstuk in het
heelal. Albert Einstein opperde dat al in 1916, maar alleen in theorie was berekend dat ze zouden moeten bestaan. Hard bewijs ontbrak tot nu toe.
De ontdekking gaat over het fundament van het heelal. Einstein stelde dat ruimte en tijd één geheel vormen. Dat noemde hij ruimtetijd. Die kan trillen. Daar zijn heftige gebeurtenissen voor nodig, zoals een botsing van twee zwarte gaten. Als dat gebeurt, gaan de schokgolven het heelal door, als rimpelingen na een steen in een vijver. De ruimte rekt iets uit of krimpt iets, ook al is het nauwelijks meetbaar.
Wetenschappers zijn enthousiast omdat ze met zwaartekrachtgolven op een hele nieuwe manier naar het heelal kunnen kijken. Dan zien ze dingen die tot nu toe verborgen bleven. Zwarte gaten bijvoorbeeld, die geen licht uitzenden en al het licht opslokken. Dan kunnen wetenschappers misschien ook een beter beeld krijgen van de oerknal, waarmee het heelal ongeveer 13,7 miljard jaar geleden ontstond.
De presentatie van het langverwachte nieuws gebeurt gelijktijdig in de Verenigde Staten en Italië. Ook is er een evenement op het instituut Nikhef in
Amsterdam. Dat was bij het onderzoek betrokken, evenals de Vrije Universiteit in Amsterdam en de Radboud Universiteit in Nijmegen.