Een zestienjarige Zweedse jongen belt zwaargewond het alarmnummer, nadat hij en zijn vriend zijn neergeschoten. Maar de medewerker van de Zweedse centrale gelooft hem in eerste instantie niet. Terwijl hij vergaat van de pijn wordt hij onderworpen aan een kruisverhoor. 'Ik schreeuwde dat ik doodging. Maar toch geloofde ze mij niet,' vertelt de Zweed aan een lokaal radiostation. Hij moet zeven keer herhalen, waar hij is, ook al heeft hij door zijn verwondingen moeite met praten. Als hij na de zoveelste keer kwaad wordt, zegt de medewerker dat hij op zijn taalgebruik moet letten. 'Je hebt mijn hulp nodig, toch.' Door de verspilde tijd, zou de hulp voor zijn zeventienjarige vriend te laat zijn gekomen. Als hem gevraagd wordt, zijn verwondingen te noemen, gelooft de vrouw hem weer niet. Een kogel was langs zijn linkeroor naar binnen gegaan en bij zijn rechteroog weer naar buiten gekomen. 'Maar hoe kan je mij bellen als je een schotwond aan je hoofd hebt?,' zegt ze onnozel, terwijl de jongen kermend van de pijn smeekt om een ambulance. Volgens de centrale heeft het gesprek er echter niet toegeleid dat de ambulance later arriveerde. Wel onderzoekt de organisatie de manier van reageren van de medewerker. Ondertussen mag ze nog gewoon verder gaan met haar kruisverhoren. Hieronder het hele gesprek.
Bron(nen): Het Laatste Nieuws