JERUZALEM (ANP/RTR) - De Israëlische premier Benjamin Netanyahu zei vrijdag dat het Joodse volk niet kan worden beschouwd als "bezetters in hun historische thuisland". Daarmee reageerde hij op een advies van het Internationaal Gerechtshof (ICJ) van vrijdag. Het hof stelde vast dat de Israëlische nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever, een Palestijns gebied, een schending zijn van de internationale wet.
Maar Israël beschouwt het gebied als zijn "historisch thuisland", zoals Netanyahu weer eens duidelijk maakte. "Geen enkel vals besluit in Den Haag zal deze historische waarheid verdraaien, net zoals de wettigheid van de Israëlische nederzettingen in alle gebieden van ons thuisland niet kan worden betwist", zei hij.
Israël veroverde tijdens de oorlog in het Midden-Oosten van 1967 de Westelijke Jordaanoever, Oost-Jeruzalem en de Gazastrook. De Palestijnen streven in alle drie de gebieden naar een onafhankelijke staat. De internationale gemeenschap beschouwt de drie Palestijnse gebieden als bezet gebied.
Blokkade
Israël heeft echter delen van zijn bevolking verplaatst naar nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever. Het land heeft ook Oost-Jeruzalem geannexeerd. In 2005 trok Israël zich terug uit Gaza, maar stelde een blokkade van het gebied in nadat Hamas in 2007 de macht had overgenomen.
In zijn jongste advies, dat niet bindend is, zei het ICJ dat Israël zich zo snel mogelijk uit de bezette gebieden moet terugtrekken en benadeelden moet compenseren.