De vader van Maarten Hidskes vocht bij de elite-troepen van Raymond Westerling tegen de Indonesiers die de Nederlandse bezetter kwijt wilde. Van het regiment van Westerling staat vast dat het zware oorlogsmisdaden pleegde. Er werd onder leiding van Westerling (bijgenaamd De Turk) naar hartenlust gemoord en vernederd. "Westerling liet twee mensen tegen elkaar vechten en schoot de verliezer dood." De vader van Maarten Hidskes vocht onder Westerling en de zoon wilde weten of hij het mind is van een oorlogsmisdadiger. Het antwoord staat in een boek, waar over schrijft. Het antwoord blijkt: ja, de vader was een ijverige leerling van Westerling en stond vooraan als er vuile klusjes moesten worden gedaan.
Hidskes in Trouw: "Westerling liet op de eerste dag zijn mannen drieduizend inwoners op het grasveld van de kampong Batoea bijeenbrengen. Mensen moesten naar voren komen, hij stelde wat vragen en schoot hen daarna pardoes door het hoofd. Ook leden van zijn peloton moesten executeren. Aan het eind van de dag waren er 35 doden. "Mijn vader moet hieraan meegedaan hebben. Iemand typeerde mijn vader eens als een 'haantje-de-voorste' als er vervelende klusjes gedaan moesten worden." Bij het lezen van elk verslag dreunde die uitdrukking door mijn hoofd."