Op een atol van de Marshalleilanden is een man aangespoeld, die 16 maanden geleden vertrok vanuit Mexico. Hij leed schipbreuk met zijn 7 meter lange
boot en dobberde sindsdien zo'n 13.000 km stuurloos rond. Hij voedde zich met schildpadden, vogels en vissen en dronk het bloed van schildpadden als het niet regende. Er werd geen visgerei gevonden aan boord. Daarom veronderstelt men dat hij de vissen en vogels met zijn handen ving. De man werd gevonden door bewoners van het afgelegen koraaleiland Ebon. Hij had lange haren en een baard en verkeerde in een slechte conditie, maar hij sterkt alweer aan. Hij lijdt aan een lage bloeddruk, maar kan wel zelfstandig lopen. Veel is er nog niet bekend over zijn reis: de man spreekt alleen maar Spaans.