Of die beveiligers van president Obama nog dieper kunnen zakken, vraagt zich af nadat een reeks van incidenten de Secret Service in diskrediet heeft gebracht. Zeer recent zouden twee agenten het terrein van het Witte Huis dronken hebben betreden en een politiebarricade omver hebben gereden na een afscheidsborrel. Eerder al waren agenten ladderzat in Amsterdam, gingen er seksmails heen en weer en was er sprake van prostitueebezoek in Colombia. Allemaal in diensttijd. Republikeins Congreslid Harold Rogers haalde deze week fel uit naar de Secret Service. Rogers spreekt van 'een ineenstorting van leiderschap'. Waarom zou een land als Amerika 3500 agenten niet in het gareel kunnen houden? Het meest recente incident met de dronken agenten na een borrel betrof niet eens 'gewone' beveiligers maar de tweede man van het team dat Obama rondom de klok beveiligt, en een collega. De nieuwe baas van de dienst, die korte metten moet maken met het gerommel - de gepensioneerde Joseph Clancy die de Secret Service al eerder leidde - hoorde pas na vijf dagen over het voorval. Het leiden van de dienst zou dan ook één van de zwaarste banen in Washington zijn. 'De laatste heldendaad' van de Secret Service dateert van 24 jaar geleden toen Ronald Reagan werd aangevallen. De eerste vrouwelijke directeur Julia Pierson zag zich eind vorig jaar genoodzaakt ontslag te nemen nadat Irak-veteraan Omar Gonzalez met een mes het Witte Huis was binnengedrongen. Pas in de East Room werd hij tegengehouden. Dit incident geldt als de ergste Secret Service blunder ooit. Clancy moet nu de machocultuur bij de dienst zien te doorbreken. Hij belooft beterschap: "Het zal niet meer gebeuren. Ons werk is veel te belangrijk." Meer bij De Volkskrant.