Amerikaanse militairen worden nauwelijks vervolgd als ze oorlogsmisdaden begaan. Dat schrijft Nrc.next naar aanleiding van een nieuw rapport van Amnesty International. Daarin concludeert de mensenrechtenorganisatie, dat het Amerikaanse militair-juridische systeem faalt. „Duizenden Afghanen werden gedood of verwond door Amerikaanse troepen sinds de invasie, maar de slachtoffers en hun families hebben nauwelijks kans op gerechtigheid”, zegt Richard Benett, Amnesty Internationals Asia Pacific-directeur. Een van de verhalen die Amnesty optekent, is die van het zogeheten 'Kill Team'. Militairen van deze Amerikaanse gevechtseenheid hebben meermaals ongewapende Afghaanse burgers gedood. Een van hen sneed de vingers af en bewaarde die als trofee. Naderhand heeft het gevechtsteam de schietpartijen zo verdraaid, dat het leek alsof het onder vuur lag en handelde uit zelfverdediging. Een van de militairen wilde er wat aan doen maar kreeg bij zijn meerderen nul op het rekest. Er was volgens Amnesty in veel meer gevallen sprake van 'overvloedig en onomstotelijk bewijs voor oorlogsmisdaden'. Maar geen van de betrokkenen is vervolgd. Dit komt vooral door de macht van commandanten van legereenheden. Zij proberen te allen tijde onderzoek tegen te houden. Dat onderzoek berust vervolgens vooral op getuigenissen van de militairen zelf, die natuurlijk weinig belang hebben bij de waarheid. Slechts zes zaken zijn voor de
rechter gekomen, maar de militaire rechtbank bleek in alle gevallen niet onafhankelijk.