Amerikanen zijn echt anders dan Europeanen. Een van de opvallende verschillen is het aanhoudende geloof in god. Terwijl in Europa god naar het tweede of derde plan is verbannen is hij in de Verenigde Staten nog oppermachtig. Voor een onderzoek moesten Amerikanen kiezen uit een aantal stellingen over de wijze waarop de mens is geworden zoals hij is. Slechts 21 procent zei dat de mens het product is van een zelfstandig evolutieproces. Alle andere ondervraagden zagen een rol voor god in dat proces. Zo zei 37 procent te denken dat god de mens heeft geschapen, precies zoals we nu zijn. Niks evolutie uit primaten, we zijn precies zo gemaakt als we zijn door de Schepper. De rest gelooft wel in een vorm van evolutie, maar wel onder leiding van god. Er is wel een lichte stijging van het aantal Amerikanen dat gelooft in evolutie. In 2004 geloofde nog slechts 13 procent dat de mens het product was van de evolutie. In de VS woedt een aanhoudende strijd over wat kinderen op school moet worden geleerd over de tot standkoming van de aarde en haar bewoners. De grootste groep Amerikanen vindt dat kinderen moet worden geleerd dat god de hoofdrol speelde bij de ontwikkeling van planten, dieren en mensen.