Daniel J. Siegel en Tina Payne Bryson, auteurs van de bestseller '
Het Hele Brein Het Hele Kind', leggen in
Time uit waarom time-outs niet goed zijn voor de ontwikkeling van je kind. Zij baseren zich daarbij ook op de laatste bevindingen van hersenonderzoek.
In de meeste gevallen betekent een time-out dat een kind geïsoleerd wordt. Zelfs als dat op een geduldige en liefdevolle manier gebeurt, leren time-outs kinderen dat wanneer ze een fout maken, of als ze het moeilijk hebben, ze gedwongen zullen worden om het alleen op te lossen. Door jonge kinderen wordt dat ervaren als een afwijzing. Daarnaast zeg je in feite tegen je kind: 'Ik wil alleen bij je zijn en ervoor je zijn als je alles goed op een rijtje hebt'.
Kinderen hebben een grote behoefte aan verbondenheid. Uit jarenlang onderzoek blijkt dat ze zeker in tijden van nood, in de nabijheid willen zijn en getroost willen worden door de mensen die om hen geven. Maar als kinderen de controle over hun emoties verliezen, zetten ouders hen vaak op hun kamer, in de hoek of op de 'naughty chair' van Supernanny. Dat betekent dat ze in tijden van emotionele stress in hun eentje moeten lijden.
Als kinderen emotioneel overvraagd worden, misdragen ze zich soms; hun intense emoties en de eisen van de situatie gaan hun kunnen te boven. Het uiten van een behoefte of een sterk gevoel kan leiden tot agressief, respectloos of opstandig gedrag. Dat is het bewijs dat kinderen nog niet beschikken over bepaalde zelfreguleringsvaardigheden. Wangedrag is vaak een schreeuw om hulp om gekalmeerd te worden en om verbonden te zijn met de ouders.
Als de ouder reageert met het isoleren van het kind, blijft een instinctieve psychologische behoefte van het kind onvervuld. Hersenscans tonen zelfs aan dat het ervaren van relationele pijn - zoals die veroorzaakt wordt door afwijzing - leidt tot hersenactiviteit die vergelijkbaar is met het ervaren van fysieke pijn.
Daar komt nog bij dat time-outs doorgaans niet effectief zijn om de doelen van het disciplineren te bereiken: een gedragsverandering en het aanleren van nieuwe vaardigheden. Ouders denken dat het de kinderen kalmeert en dat ze erdoor gaan nadenken over hun gedrag, maar in werkelijkheid maken time-outs de kinderen nog bozer en raken hun emoties nog meer ontregeld.
Ze vinden de straf van hun ouders vaak gemeen en oneerlijk en missen daardoor de gelegenheid om inzicht, empathie en probleemoplossende vaardigheden te ontwikkelen. Door hen te isoleren leer je hen geen nieuwe vaardigheden. Het stellen van duidelijke grenzen en de nadruk op samenwerking, empathie en respect stimuleren het kind juist wel om actieve, empathische beslissingen te nemen.
In plaats van een time-out kun je beter een 'time-in' organiseren om je kind discipline bij te brengen. Dat houdt in dat je het kind een liefdevolle verbondenheid biedt en naast het kind gaat zitten om te praten en het kind te troosten. Zo kun je hen leren om stil te staan bij en te reflecteren over hun eigen gedrag. Dat maakt ook het ouderschap een stuk effectiever en lonend op de lange termijn.