Voormalig president Donald Trump, zijn zoon Donald Trump Jr. en dochter Ivanka Trump moeten onder ede vragen beantwoorden in het civiele onderzoek van de procureur-generaal van New York naar het familiebedrijf, heeft een rechtbank van de staat New York donderdag besloten. Volgens de rechtbank heeft openbaar aanklager Letitia James "het duidelijke recht" om de Trumps te ondervragen vanwege "overvloedig bewijs van mogelijke financiële fraude". De rechter gaf de Trumps opdracht zich binnen drie weken te melden voor ondervraging. De beslissing volgde op een hoorzitting van twee uur waarin de advocaten van de Trumps James beschuldigden van het omzeilen van de grondwettelijke rechten van hun cliënten door een getuigenis te eisen die tegen hen gebruikt kan worden in een strafrechtelijk onderzoek dat ook loopt. Misleidende verklaringen De advocaat van Donald Trump, Alina Habba, beschuldigde James van "selectieve vervolging en wangedrag dat dit land nog nooit heeft gezien", daarbij verwijzend naar verklaringen die de "verachtelijke minachting" van de Democratische procureur-generaal voor Trump weerspiegelen. "Als hij niet was wie hij is, zou ze dit niet doen," zei Habba. "Deze rechtbank kan helpen dit circus te stoppen." James beschuldigt het vastgoedbedrijf van oud-president Donald Trump en diens familie van "frauduleuze en misleidende" praktijken. Volgens haar heeft The Trump Organization zich herhaaldelijk schuldig gemaakt aan manipulatie van de waardering van eigendom voor belasting- en verzekeringsdoeleinden. Volgens de aanklagers heeft het bedrijf misleidende verklaringen afgelegd aan geldschieters, verzekeraars en de belastingdienst over de waarde van zes eigendommen van Trump, waaronder golfclubs en bekende gebouwen zoals de Trump Tower in New York. Ook over het 'merk Trump' zou zijn gelogen. Op die manier probeerde The Trump Organization mogelijk een veel gunstiger beeld van het vermogen van Trump te schetsen, aldus James.