Imidacloprid, wereldwijd het meest gebruikte landbouwgif, wordt onder andere toegepast om bladluis en witte vlieg te weren van appelbomen, sierplanten, tomaten, hop en suikerbiet. Doordat insecten er dood van neervallen, is er voor vogels niet veel meer te eten. De Vogelbescherming heeft daarom een
brief gestuurd aan staatssecretaris Dijksma met daarin de vraag of de verkoop van imidacloprid per direct kan worden gestopt. Andere natuurbeschermingsorganisaties die de brief ook ondertekenden zijn onder meer Natuurmonumenten, WNF, Milieudefensie, de Bijenstichting, de Vlinderstichting en Soortenbescherming Nederland. Uit een onderzoeksrapport van Sovon Vogelonderzoek en de Radboud Universiteit Nijmegen blijkt er een verband bestaat tussen de achteruitgang van de vogelstand en de aanwezigheid van imidacloprid in het oppervlaktewater. Boerenlandvogels zoals de veldleeuwerik en de ringmus en insecteneters zoals de boerenzwaluw en de spreeuw lijden zwaar onder de effecten van het gif. Uit cijfers uit 2005 en 2006 van Rijkswaterstaat bleek dat er op meetplekken in het westen van Nederland 10.000 keer zoveel imidacloprid in het oppervlaktewater zat dan de norm toelaat. In het westen zijn de bollenteelt, de boomteelt en de glastuinbouw sterk vertegenwoordigd. Imidacloprid is ook zeer schadelijk voor bijen en zit ook in andere producten zoals vlooienmiddel voor honden en katten.