Volgens is het moeilijk om na je dertigste nog vrienden te maken. De tijden van jeugdige exploratie, ‘waarin het leven aanvoelt als een langerekte blind date’, zitten er vanaf dan definitief op. Heel veel mensen houden de vrienden uit hun jeugd en maken amper nieuwe. De oorzaak? Ons selectieve geheugen die maakt dat vroeger beter is. Volgens Jaap Morren, psycholoog aan de Universiteit van Amsterdam, is dat geen toeval. Een kronkel in ons geheugen zorgt ervoor dat we onze tienerjaren als ijkpunt blijven gebruiken. ‘Je visuele en auditieve geheugen functioneren rond je zestiende levensjaar op het toppunt’, zei hij daarover in de Volkskrant. Bovendien zijn de omstandigheden als student ideaal om nieuwe mensen te leren kennen en dus ook vrienden te maken. Het is aannemelijk dat je vriendschappen uit die tijd daarom romantiseert’. Er is nog een reden: na ons 25e zijn we te druk om nieuwe vrienden te zoeken, te vinden en te houden. 'Het is een wrede paradox: hoe ouder en kapitaalkrachtiger we worden, hoe minder tijd er is voor nieuwe, betekenisvolle relaties', schrijft De Standaard. Vrienden die je al lang hebt vinden het niet erg als je elkaar niet vaak ziet. En ineens ben je oud en heb je alleen je schoolvrienden nog
Bron(nen): De Standaard