Dat het olympisch zwembad groen kleurt, het open water vervuild is en er lekkages zijn in de appartementen van de
sporters, het zijn de enige 'problemen' in Rio die we te zien krijgen. Als er een buitenlander wordt bestolen in het centrum is dat groot nieuws, maar het aanhoudende geweld in de buitenwijken blijft buiten beeld. De beveiliging op de Spelen is ongekend: er zijn 85.000 agenten en soldaten op de been. Dat is twee keer zoveel als in Londen vier jaar geleden. Maar de mensen in de favela's hebben nog niemand gezien van die veiligheidstroepen, terwijl hun wijken worden geteisterd door geweld. Mauricio Lima da Silva legt persbureau AFP uit dat de Olympische Spelen hem niet interesseren. "Hier verlaat je je huis zonder te weten of je nog zult terugkeren. Je bent voortdurend bang, het is bijna zoals een gevangenis." Hij verdient zijn geld door frisdrank te verkopen, maar heeft één gouden regel: "Als de politie komt, dan ga ik niet naar buiten. Dan is er het risico op een schietpartij." De toegangswegen naar de favela's zijn verlaten. De politie is er wel, maar ze houden zich afzijdig. "Er is geen beveiliging, het is alleen maar schijn", zegt taxichauffeur Marcos Enrique Nascimento. "De politie wordt enkel maar opgeofferd om voor niets te sterven." Volgens hem is de afstand tot de Spelen voor de favela's in werkelijkheid veel meer dan enkele kilometers. "Niemand komt vragen of iemand uit de favela de Spelen wil zien. Ik heb een zoon die graag voetbal kijkt, maar hij heeft nog nooit de kans gehad om in een
stadion naar buitenlandse teams te gaan kijken. De Olympische Spelen zijn voor de rijken."