IJsland prijkt steevast aan de top van gelukslijstjes en na de ernstige bankencrisis in
2008 gaat het economisch ook weer voorspoedig. De IJslandse cultuur wordt gekenmerkt door een sterke hang naar onafhankelijkheid en een groot collectief bewustzijn. In het Vlaamse opinieblad wordt uitgelegd waarom die IJslanders het zo goed voor elkaar hebben. Ze houden zich het liefst overal buiten en varen hun eigen koers. Ze zijn weliswaar lid van de NAVO maar hebben geen beroepsleger, enkel een kustwacht en een paar vliegtuigen. Slechts 0,26 procent van de begroting gaat naar defensie. IJslanders gedragen zich ook onafhankelijk van hun regering. De gemeentes hebben relatief veel macht en de president bekleedt alleen een ceremoniële functie. Het is het veiligste land ter wereld. De politie draagt geen vuurwapens en er is slechts plaats voor 121 gevangenen, waarvan 29 cellen worden ingenomen door bankiers, die zich tijdens de crisis van 2008 hebben misdragen. Op maatschappelijk vlak blijkt dat het collectief, de harmonie van de samenleving en het beschermen van de eigenheid voorop staan. Mede daardoor behoort IJsland volgens het World Happiness Report tot de drie gelukkigste
landen ter wereld. Er is bovendien nergens een grotere gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Ze hebben beide recht op vijf maanden zwangerschapsverlof. De overheid betaalt tot 95 procent van de kosten voor een kinderdagverblijf terug. De opvoeding van de kinderen staat centraal, borstvoeding wordt als essentieel gezien en pas vijf weken na de geboorte geven ze het kind een naam omdat ze het gepast vinden de baby eerst beter te leren kennen. De grootste gendergelijkheid, het veiligste land ter wereld en een van de gelukkigste bovendien. Redenen genoeg om een voorbeeld te nemen aan de IJslanders.