Wederkerigheid verbetert ouderenzorg

Samenleving
maandag, 04 april 2011 om 00:00
welingelichtekringen header 1

Kwetsbare ouderen ontvangen vaak zorg zonder dat hen gevraagd wordt wat ze willen of nodig hebben. Die zorg verbetert aanmerkelijk als zorgverleners meer oog krijgen voor wederkerigheid in de relatie. Ook al wordt de meeste zorg met de beste bedoelingen gegeven, kijken ontvangers van die zorg daar toch vaak anders tegenaan.

Prof. Dr. Vernooij-Dassen van het UMC St Radboud: 'Het besef van afhankelijkheid, van aftakeling, kan sterk knagen aan je zelfbeeld en eigenwaarde. Door een verminderde controle over je eigen leven komen autonomie, zelfstandigheid en zelfredzaamheid zwaar onder druk te staan. Wordt in zo’n situatie vooral je afhankelijkheid benadrukt – ook al gebeurt dat niet bewust – dan kun je makkelijk helemaal afhaken. Uit onderzoek blijkt dat zorg juist veel beter wordt geaccepteerd en effectiever is, als in de zorgrelatie ruimte bestaat voor wederkerigheid. Zorg dat een kwetsbare oudere niet uitsluitend hoeft te ontvangen, maar ook kan geven. Maak hem deelgenoot van zijn behandeling.'

Hoogleraar geriatrie OldeRikkert: 'De helft van de kwetsbare ouderen met kanker die palliatieve zorg ontvangen, vindt het heel vervelend daar zelf niets aan te kunnen bijdragen. Gedragstherapie en groepsbijeenkomsten waarin onderlinge steun en contacten worden aangemoedigd, leiden bij kankerpatiënten tot aanzienlijk minder depressies'.

Vaak gaat het zo: 'Je zit hier maar alleen, je moet er even uit, kom we gaan een stukje wandelen'. Maar het kan ook zo: 'Ik wil wel een stukje wandelen. Heb je misschien zin om mee te gaan?' In het eerste geval bepaal jij wat goed is voor de oudere; in het tweede geval mag de oudere zelf bepalen wat hij wil.

De komende jaren wordt effectievere zorg voor kwetsbare ouderen alleen maar belangrijker. Van de zelfstandig wonende 65+ers behoort ongeveer 10% to de groep kwetsbare ouderen. De term 'kwetsbaar' wordt gebruikt voor ouderen die een grote kans hebben dat ze in de nabije toekomst fysiek, psychisch of sociaal minder goed gaan functioneren.

Bron(nen): UMC St Radboud