Alexandre Vinokourov bekroonde zijn allerlaatste wedstrijd als wielrenner met Olympisch goud. Maar de verrassende ontknoping van de wegwedstrijd in Londen ontketende meteen ook al de nodige verdachtmakingen. Op 3 km voor de finish bij The Mall en Buckingham Palace sprong de 38-jarige Kazach, samen met de Colombiaan Rigoberto Uran, weg uit de kopgroep van 32 renners. Met nog zo'n 300 meter te gaan keek de Zuid-Amerikaan even opzichtig om. Op dat moment accelereerde Vinokourov vrij eenvoudig en sprintte zonder tegenstand naar het goud. Pal voor de beslissende manoeuvre voerden de laatste twee vluchters een kort gesprekje. Dat voedde prompt de hardop uitgesproken speculaties over een gekochte zege. Ondanks het bizarre slot verliep de 250 km lange race totaal anders dan was verwacht. De ploeg van Groot-Brittannie zou de wedstrijd controleren en laten uitmonden in een succesvolle eindsprint van favoriet Mark Cavendish. Maar de kleinere landen doorbraken dat pact en Cavendish finishte uiteindelijk als 29ste, tot teleurstelling van alle Britten. Meer dan vijf uur lang ontspon er zich een harde strijd zonder afspraken of dominantie van de merkenploegen. Als beste Nederlander klasseerde Lars Boom zich als elfde. Robert Geesink werd 23ste. Al voor de Spelen had Vino besloten dat hij na Londen zou stoppen met
wielrennen. De Olympische titel betekende zijn 67ste zege in een 14-jarige loopbaan als profrenner. De koning van Kazakhstan, zoals hij ook wel eens wordt genoemd, kende ook de nodige tegenslagen. In de Tour van 2007 werd hij op doping betrapt. Dat leidde tot het vertrek van de hele Astana-ploeg. Hijzelf kreeg een schorsing van twee jaar. In de Tour van 2011 brak hij bij een ernstige val zijn heup. In de afgelopen Tour reed Vino vrij anoniem naar een 31ste plaats.