Jan Raas was een succesvolle wielrenner, maar als ploegleider van de peperdure Rabobank was hij niet heel succesvol. De bank stopte heel veel geld in de ploeg, maar successen n grote rondes bleven uit. In 2003 werd Raas ontslagen. En omdat hij veel geld meekreeg, op voorwaarde dat hij zweeg, was toen niet duidelijk waarom. Voor de buitenwereld, want de insiders wisten dat de narrige Raas door overvloedig alcoholgebruik een onmogelijke man was geworden. Journalist Maarten Kolsloot schreef een onthullend boek over de ploeg en zijn conclusies over Raas zijn treurig. „Zijn vertrek bij de ploeg was inderdaad treurig. Een man met zúlke verdiensten als wielrenner en ploegleider, die op zo’n manier vertrekt: dat is sneu. Hijzelf ontkent dat het drinken een grote rol speelde, maar ik sprak veel mensen die anders beweren. Hij was al geen makkelijke man, maar hij werd langzaamaan onmogelijk om mee te werken. De bank bouwde een dossier op en werkte hem eruit."
Na Raas, die nog een beetje tegensputterde, nam het gebruik van Epo bij de ploeg een grote vlucht. Volgens Kolsloot met medeweten van de Rabobank. Raas zei tegen Rabo-topman Herman Wijffels: ’Herman, iedereen is aan de doping, zonder haal je het podium in de Tour niet’. En de bank verzette zich daar niet tegen