Veel Twitteraars zitten niet op Elon Musk te wachten als nieuwe baas van het berichtenplatform. Zij zoeken hun heil elders, bijvoorbeeld bij de app Mastodon.
Die is nu met 5,8 miljoen gebruikers nog een kuikentje vergeleken met de grote blauwe Twittervogel, die op ruim 230 miljoen telefoons prijkt. Toch wagen belangrijke journalisten, opiniemakers en politici de overstap.
Maar Mastodon is zeker niet hetzelfde als Twitter. Niet alleen heet een
tweet er een
toot en een
retweet een
boost, ook het idee erachter is net anders. Zo spreekt Musk van één groot dorpsplein waar iedereen met elkaar communiceert, terwijl Mastodon meer een aaneenschakeling is van pleinen,
zoals de Volkskrant het formuleert.
Mastodon is niet in bezit van één bedrijf maar er zitten allerlei bedrijven achter die onderling wel met elkaar verbonden zijn. Je kunt je aanmelden bij een zogenoemde instance voor een specifieke groep die je belangstelling heeft, zoals - pak hem beet - kunstliefhebbers, Amsterdammers of tennissers. Mastodon.social is echter de populairste groep waarvan de meesten lid worden, al kun je ook altijd communiceren met leden van andere instances.
Wat zijn nu de grote voordelen? Er is geen verdienmodel, geen advertenties en dus geen vervelende algoritmes die je een fabeltjesfuik induwen. Deelnemers stellen hun eigen tijdlijn samen en worden dus niet gevolgd door een groot techbedrijf.
Nadelen zijn er ook: donaties zijn nodig om het platform in de lucht te houden en de moderatie is een probleem, want moet gebeuren door vrijwilligers.