Robots met een boosaardig karakter, computers die ons hun wil opleggen, de films waarin de mensheid het onderspit delft tegen kunstmatige intelligentie zijn talrijk. Maar volgens toekomstonderzoeker Stefan Buijsman (1995) hoeven we ons geen zorgen te maken. "Een computer heeft geen idee wat hij doet."
Een computer volgt gewoon de regelsFilosofie Magazine ging met de gepromoveerde filosoof in gesprek over de macht van kunstmatige intelligentie. Iets wat de mens bij uitstek van de computer zou moeten onderscheiden is creativiteit. De vraag aan Buijsman is dan ook: Kan een computer kunst maken? De jonge denker antwoordt: "Dat hangt er maar van af hoe je kunst definieert. Als je kunst omschrijft als het effect dat die op jou als toeschouwer heeft, dan moet je toegeven dat een computer een kunstenaar kan zijn. Maar computers hebben niet zoals mensen een reden waarom ze dingen maken. Ze raken niet ergens door gefascineerd. Ze komen niet met een idee dat ze willen uitdrukken in een schilderij. Een computer volgt gewoon de regels, maar het kan hem niets schelen wat eruit komt. Hij heeft geen idee wat hij aan het doen is."
Dat is een geruststellende gedachte. "Een schaakcomputer zal niet opeens besluiten dat hij ook kan winnen door zijn menselijke tegenstander te elimineren," aldus Buijsman. "Dat komt doordat computers niet werken met een algemeen doel zoals 'win deze match', maar met een veel specifieker doel in de vorm van een +1-score na de laatste zet."
Het lijkt indrukwekkender dan het isComputers kunnen wel steeds meer, beaamt de filosoof. "Ze kunnen personen of objecten verzinnen die niet bestaan of video’s zo bewerken dat iemand een andere boodschap verkondigt (deepfakes). Ze kunnen een overtuigend krantenartikel schrijven. Dat lijkt allemaal heel indrukwekkend en als je dan niet begrijpt hoe het werkt, ben je algauw geneigd om daar meer achter te zoeken. Ik denk dat je dan heel snel uit de bocht vliegt omdat je je er te veel bij voorstelt."
Menselijke intelligentie is totaal iets anders. "Computers kunnen de menselijke producten van intelligentie nabootsen, maar de onderliggende denkprocessen kunnen ze niet imiteren. Een belangrijk verschil is dat computers altijd wiskunde nodig hebben om te functioneren. De werking van ons brein proberen we achteraf ook met wiskunde te verklaren, maar dan dient de wiskunde als interpretatie en niet als instructie."