Met de Tweede Kamer is afgesproken dat de door Nederland opgeleide agenten niet buiten Kunduz mogen werken omdat de kans dan groot is dat zij paramilitaire taken toebedeeld krijgen. De regering erkende onlangs dat dit toch gebeurt. Nederland heeft daarnaast inmiddels veel Afghaanse trainers opgeleid die rekruten opleiden die in toenemende mate eveneens buiten Kunduz worden ingezet. Deze zaken staan haaks op de gemaakte afspraken. Ook is overeengekomen dat Nederland geen agenten traint die een militair mandaat hebben. De Volkskrant onthulde kort geleden echter dat op het ministerie van Defensie de vrees bestaat dat de Afghanen dankzij hun Nederlandse opleiding ook medewerkers van de semi-militaire grenspolitie gaan trainen. Aangezien het zogenaamde agentvolgsysteem al niet werkt voor de agenten die Nederland zelf opleidt, zal dit al helemaal niet werken voor agenten die door Afghaanse trainers worden opgeleid. Nederland kan daarom onmogelijk voorkomen dat het (indirect) agenten met een militair mandaat opleidt.