IJsland heeft weer een nieuw hoofdstuk toegevoegd aan het eigen voetbalsprookje. De ploeg die in de kwalificatie onder meer het Nederlands elftal de baas bleef, plaatste zich woensdag voor de achtste finales op het EK. IJsland versloeg Oostenrijk in het Stade de France met 2-1, nadat het eerder gelijk had gespeeld tegen Portugal en Hongarije (twee keer 1-1). De ploeg van het eiland met amper 335.000 inwoners gaat daardoor als nummer twee van de groep verder op het EK.
De eilandbewoners wisten vooraf dat ze aan een punt genoeg zouden hebben om hun historische EK-debuut een vervolg te geven. Toch begon IJsland met aanvallende intenties aan het duel met Oostenrijk, dat alleen bij winst gebaat was. Johann Berg Gudmundsson raakte al in de tweede minuut de kruising met een spetterend schot.
In de achttiende minuut was het wel raak toen een verre ingooi van aanvoerder Aron Gunnarsson voor de voeten belandde van Jón Dadi Bödvarsson. De aanvalspartner van Kolbeinn Sigthórsson prikte de bal in de verre hoek langs keeper Robert Almer: 1-0.
Oostenrijk kon daar voor rust nauwelijks iets tegenover stellen. Tien minuten voor rust kregen de Oostenrijkers wel een uitgelezen kans op de gelijkmaker, toen Ari Skúlason aan de arm van David Alaba ging hangen en de Poolse scheidsrechter naar de stip wees. Aleksandar Dragovic schoot de strafschop echter tegen de buitenkant van de paal.
Met twee aanvallende wissels ging Oostenrijk, dat in de EK-kwalificatie zoveel indruk had gemaakt, na rust voor zijn laatste kans. Het offensief leverde al snel de gelijkmaker op van invaller Alessandro Schöpf, maar de benodigde tweede treffer bleef uit. Diep in blessuretijd pakte IJsland uit een counter zelfs de winst dankzij een doelpunt van Arnór Ingvi Traustason, waardoor de blauwe brigade zelfs als tweede eindigde in de poule. In de achtste finale wacht Engeland.